De Hongaarse LGBT+-gemeenschap liet met de optocht zien niet te zullen terugdeinzen voor de repressie waar de regering-Orbán voor verantwoordelijk is. De woede over de homopropagandawet, waarmee uitingen van de LGBT+-gemeenschap aan kinderen wordt verboden, is groot. Zo groot zelfs dat de organisatie hoopte op een recordaantal deelnemers.

En dat werd werkelijkheid. Duizenden betogers staken uitgerust met regenboogvlaggen de Donau over. De organisatie spreekt van een ongekend aantal deelnemers. Deze editie van Boedapest Pride was overduidelijk een protest. "Veel Hongaarse LGBT+'ers zijn bang en hebben het idee dat ze geen toekomst meer hebben in dit land," zegt woordvoerder Jojo Majercsik tegen Euronews. "Ik hoor veel Hongaren die van plan zijn om het land te verlaten."

Ook de Europese Unie kijkt met argusogen naar de Hongaarse situatie. De Pride-optocht begon dan ook met een speech van Europarlementariër Terry Reintke (Groenen), om te laten zien dat de Hongaarse LGBT+'ers niet alleen staan. Ook leden van de oppositie en de burgemeester van Boedapest liepen mee.

Ondertussen heeft Orbán aangekondigd de controversiële wet voor te leggen aan de bevolking met een referendum. Iets dat Pride-woordvoerder Majercsik "homofoob en transfoob" noemt, wijzend naar de beoogde vraagstelling. Die spreekt namelijk over het "promoten" van geslachtsbevestigende operaties.

Volgend jaar moet duidelijk worden wat de populariteit van Orbán is als Hongarije naar de stembus gaat.