De vijf volksvertegenwoordigers uit conservatieve staten zoals Indiana en North Dakota laten hun bezwaren over LGBT+-content op tv weten in een brief aan de TV Parental Guidelines Monitoring Board, de Amerikaanse Kijkwijzer. Zij zijn diep geschokt over een leidinggevende bij Disney die liet weten “heel, heel, heel veel LGBTQIA+-personages” in content van het bedrijf te willen. En dus schrijven ze: “Ten nadele van kinderen is genderdysforie in de populaire media en op de televisie sensationeel geworden met radicale activisten en amusementsbedrijven.” Ze eisen daarom een gesprek met het bestuur van de Kijkwijzer, waarin om opheldering gevraagd wordt over het beleid van de instantie.

Dat de senatoren, genaamd Roger, Mike, Mike, Steve en Kevin, zo’n groot punt maken van LGBT+-content past in het huidige debat in de VS. LGBT+-onderwerpen maken onderdeel uit van de strijd tussen conservatieve en progressieve waarden, de zogeheten cultuuroorlog of culture wars. Daarin worden docenten, mediabedrijven en politici beticht van het ‘seksualiseren’ van jonge kinderen als zij hen over LGBT+-zaken willen onderwijzen.

Dat doen ook de Republikeinse senatoren die de brief hebben opgesteld: “de beweegredenen van hypergeseksualiseerde entertainmentproducenten die ernaar streven deze inhoud op een jong publiek te duwen, zijn op zijn minst verdacht en in het slechtste geval ‘roofzuchtig’.” De TV Parental Guidelines Monitoring Board heeft de brief ontvangen, maar laat aan NBC News weten er geen mededelingen over te willen doen.

De senatoren verwijzen in hun brief ook naar het huidige debat in Florida over de “Don’t Say Gay”-wet. Daar is het voor docenten verboden om LGBT+-onderwerpen te behandelen aan jonge kinderen. Voorstanders zien die maatregel als een manier om ouders controle te geven op wat hun kind leert en wat niet. In de wet wordt dit een "fundamenteel recht" genoemd.  Critici vrezen een sfeer op scholen waarin LGBT+-leerlingen niet voor hun identiteit of geaardheid durven uit te komen.