De Zuid-Afrikaans-Portugese Miguel Álvaro (34) was vorige maand alleen op vakantie in Istanboel. Op 25 juni zou hij met een vriend gaan lunchen. Álvaro kwam alleen nooit op die lunchafspraak aan.
Onderweg naar zijn afspraak vroeg hij de weg aan twee politieagenten. In plaats van de weg te wijzen, hielden ze Álvaro aan. Verderop was namelijk een verboden Pride-optocht bezig en aangezien Álvaro een croptop droeg, dacht de politie dat hij onderweg was naar Pride.
“Ik werd omsingeld door verschillende politieagenten. Ze grepen mijn armen vast. Ik probeerde los te komen. Een van hen sloeg me in de ribben, ze duwden me tegen een busje, ze sloegen me op de schouder, die begon te bloeden”, vertelt hij in een interview met de Portugese krant Público. “Na vijf uur in het politiebusje, waar ze me zeiden mijn mond te houden en stil te zijn, legde een van hen me uit dat ik was aangehouden vanwege mijn uiterlijk. Ze dachten dat hij zou deelnemen aan de verboden LGBT+-mars die in de buurt zou plaatsvinden, omdat ik er homo uitzag. Ik was op het verkeerde moment op de verkeerde plaats.”
In een politiebusje werd de Portugees afgevoerd en naar de gevangenis gebracht. Zijn tijd daar was een helse ervaring. Hij werd in een gevangenis vlakbij de Syrische grens geplaatst, terwijl agenten zeiden dat als hij mee zou werken, hij zou worden vrijgelaten naar zijn land van herkomst. Hij kwam in de gevangenis aan met twee andere personen die tijdens de Pride waren opgepakt. “We zaten tot 13 juli in die gevangenis, terwijl andere gevangenen (Tsjetsjenen, Russen, Turkmenen) ons met de dood bedreigden. Elke nacht bleef een van ons op om de wacht te houden en er zeker van te zijn dat niemand onze cel binnenkwam om ons kwaad te doen," vertelt Álvaro. Hij had nog steeds zijn croptop aan, waardoor de gevangenis extra gevaarlijk voor hem was.
Pas een week na aankomst in de gevangenis kon de Portugees een telefoontje plegen. Hij belde zijn vader in Portugal, die "in shock was". Die schakelde meteen de Portugese ambassade in, maar volgens Álvaro deed die vrij weinig om hem vrij te krijgen.
Uiteindelijk zorgden mensenrechtenactivisten verbonden aan de organisatie van de verboden Istanboel Pride voor de vrijlating van de twee van de drie celgenoten. Ook de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties, de UNHCR, heeft geholpen bij de vrijlating. Álvaro is inmiddels terug in Brazilië, waar hij werkt. Een van de celgenoten die moest achterblijven is volgens Público in de cel mishandeld.
Álvaro is nog steeds in shock. “Op dit moment verkeer ik in een vreselijke psychische toestand, ik ben erg bang voor de gevolgen in de toekomst. Ik kan niet geloven dat mij dit is overkomen. Ik bid dat gerechtigheid zal zegevieren." Hij is van plan om zijn zaak naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens te brengen. Op Instagram is hij duidelijk: volgens hem hebben LGBT+-toeristen niets meer te zoeken in Turkije.
