Het wetsvoorstel werd ingediend door de liberale oppositiepartij Vrijheid en Solidariteit en regelde dat koppels van hetzelfde geslacht zich bij de notaris konden laten registreren. Die registratie gaf hen recht op onder andere sociale zekerheid, erfrecht en het maken van medische keuzes.

Van de 76 stemmen die nodig zijn om de wet door het parlement te loodsen behaalde de wet er slechts 50, ook tot teleurstelling van President Zuzana Čaputová. Op Facebook schrijft ze: “Ik weet niet hoe we willen bijdragen aan het gevoel van veiligheid en acceptatie van onze medeburgers wanneer parlementsleden bang zijn voor zelfs een gewoon notarisboekje.” Ze eist actie, waarbij ze ook refereert aan de recente moord op twee homoseksuele mannen. Die extreemrechtse aanslag zorgde voor een schokgolf in het land. De LGBT+-gemeenschap zou volgens de aanslagpleger een vijand zijn van het “blanke ras”.

Toch verzetten parlementariërs zich in de nasleep van de aanslag tegen het geregistreerde partnerschap. “Onze samenleving wordt niet bedreigd door de liefde van twee mensen van hetzelfde geslacht, noch hun partnerrelatie,” benadrukt de president. “Onze samenleving laat onverschilligheid en ongevoeligheid zien wanneer zelfs zo'n verschrikkelijke tragedie niet genoeg parlementsleden beweegt om de noodzakelijke en juiste stap te zetten.”

Voor de ChristenUnie, een gedoogpartner van Čaputová’s coalitie, is het onderwerp te belangrijk om door een incident te worden beïnvloed. Parlementariër Richard Vašečka benadrukt dat kinderen “recht hebben op een vader en een moeder”.

Slowakije blijft daarmee een van de zes landen in de EU waar homokoppels geen partnerschap kunnen aangaan. Ook Bulgarije, Letland, Litouwen, Polen en Roemenië bieden die optie aan hun onderdanen niet.