Homoseksuele "stalbrandboer" vrijgesproken van brandstichting

Gert S., die verdacht werd van het in brand steken van zijn eigen stallen, is daarvoor vrijgesproken door de rechter. S. zelf heeft altijd volgehouden onschuldig te zijn en verdenkt de orthodox-christelijke omgeving van een van zijn medewerkers van de brandstichting. Die zou bang zijn dat S. het "homovirus" overbrengt.
Twitter Icon Facebook Icon Deel dit artikel

Volgens de rechter leed het Openbaar Ministerie (OM) tijdens het strafonderzoek aan "tunnelvisie" – een argument dat door de verdediging van S. al geruime tijd wordt geopperd. De rechter acht het niet bewezen dat S. de branden zelf heeft aangestoken en verwijt het OM dat andere scenario's niet of nauwelijks zijn onderzocht.

Volgens het OM stak Gert S. zelf zijn stallen in brand om de slechte financiële situatie van zijn bedrijven te verhullen.

Voor het aansteken van de stalbranden op zijn eigendommen is S. vrijgesproken. In iets meer dan een jaar tijd kreeg de boer uit Werkhoven zes keer te maken met brandstichting, voornamelijk rond zijn eigen woning en zijn erf. Bij de brandstichtingen gingen peperdure machines in vlammen op, kwamen zijn koeien om en liep hij zelf verwondingen op.

Gert S. kreeg naar eigen zeggen na zijn coming-out bedreigingen vanwege zijn seksuele geaardheid. S. zag de streng christelijke omgeving van één van zijn medewerkers als de mogelijke brandstichters. Die zouden bang zijn dat de boer het "homovirus" zou overbrengen. De aantijgingen zijn echter nooit bewezen.

S. is door de rechter wel schuldig bevonden aan witwassen en verduistering van geld van zijn eigen bedrijf. Daarvoor krijgt de boer een jaar celstraf met zes maanden voorwaardelijk. Vanwege zijn voorarrest hoeft de boer niet meer de cel in.

Twitter Icon Facebook Icon Deel dit artikel

Aanbevolen artikelen