De Georgische trans influencer Kesaria Abramidze, 37 jaar oud, werd woensdag doodgestoken in haar appartement in de hoofdstad Tbilisi. Lokale autoriteiten hebben bevestigd dat ze het slachtoffer werd van een "voorbedachte moord met bijzondere wreedheid en verzwarende omstandigheden op basis van geslacht."
Een 26-jarige man is gearresteerd in deze zaak, die volgens berichten in Georgische media een bekende was van slachtoffer.
Abramidze was een pionier in haar land als een van de eerste openlijk transgender publieke figuren, en vertegenwoordigde Georgië op internationale missverkiezingen. Met meer dan 500.000 volgers op sociale media had ze een aanzienlijk bereik. De lokale mensenrechtenorganisatie Social Justice Center verklaart dat haar moord niet los kan worden gezien van de bredere context van politieke haat: "Politieke homofobie, bifobie en transfobie zijn centrale elementen geworden in het officiële discours van de regering."
Verschillende mensenrechtenorganisaties wijzen er dan ook op dat deze moord nauw samenhangt met de nieuwe anti-LGBT+-wetgeving, die volgens hen een klimaat van transfobie heeft aangemoedigd. De Georgische president Salome Zurabishvili, die zich tegen de wet verzet, noemde de "afschuwelijke moord" een urgente oproep om aandacht te besteden aan haatmisdrijven en discriminatie.
De wetgeving van premier Irakli Kobakhidze en zijn partij Georgische Droom beperkt de rechten van LGBT+-personen op drastische wijze. Het verbiedt niet alleen het huwelijk tussen mensen van hetzelfde geslacht, maar ook genderbevestigende operaties, adoptie door niet-heteroseksuelen en de promotie van dergelijke relaties op scholen. Ook uitingen van de LGBT+-gemeenschap, waaronder Pride en de Pridevlag, kunnen worden gecensureerd. De regeringspartij beweert dat de "Wet ter Bescherming van Familiewaarden en Minderjarigen" bedoeld is om de meerderheid van de Georgiërs te beschermen tegen "LGBT+-propaganda."
In oktober vinden er verkiezingen in Georgië plaats en de huidige regeringspartij Georgische Droom heeft te maken met felle protesten tegen een wet die organisaties met buitenlandse geldschieters als "buitenlands agent" zal bestempelen. Veel Georgiërs zien die wet als een beweging richting Rusland, terwijl een groot deel van de bevolking een Europese koers wil. Ook de nieuwe anti-LGBT+-wet wordt gezien als een beweging richting Rusland. Josep Borrell, de hoogste Europese diplomaat, zegt dat de wet ervoor zorgt dat “Georgië verder afdrijft van haar pad richting de EU” en roept het land op om de wet in te trekken.