De demonstranten protesteerden tegen een wet die het verbiedt om homoseksualiteit en transgender personen te laten zien aan minderjarigen, in zowel reclames als op school. “We moeten veel doen: elk parlementslid uitleggen dat deze wet slecht voor kinderen en families is en bovendien onmenselijk is,” zei de directeur van Amnesty International Hongarije, David Vig, volgens persbureau AP tegen de menigte.

“Wij zijn hier!” scandeerde de menigte, in de hoop dat de wet niet zou worden aangenomen. Tevergeefs bleek achteraf: de Fidez-partij van Viktor Orbán stemde voor, terwijl linkse partijen de stemming boycotten.

Volgens Amnesty International waren er zo’n tienduizend demonstranten aanwezig op het plein. Persbureau AFP schat het aantal op vijfduizend. Ook in Brussel gingen tientallen activisten de straat op.

Ingrijpen

De demonstranten waren niet de enigen die kritiek leverden op de wet. Ook leden van het Europees Parlement ergeren zich aan de Hongaarse situatie en vinden dat het tijd wordt dat de nationale regeringen actie ondernemen tegen Orbán.

De Nederlandse Europarlementariër Kim van Sparrentak (Groenen) zegt op Twitter dat de wet van Orbán “niet de eerste keer is en zeker niet de laatste keer zal zijn dat Orbán de LGBT+-gemeenschap haar mensenrechten ontneemt”. Volgens de Belgische Kathleen van Brempt (S&D) is het “hoog tijd dat de Europese Commissie en de lidstaten ingrijpen en opkomen voor de rechten van LGBT+ in de hele Europese Unie. En dus ook in Hongarije.” De Nederlandse Sofie in ’t Veld (Renew Europe) doet daar nog een schepje bovenop en noemt Orbán een “corrupte autocraat” die zijn gang kan gaan, omdat de nationale regeringen en de Europese Commissie het sanctiemechanisme blijven saboteren.

Demissionair Minister van Buitenlandse Zaken Sigrid Kaag heeft aangegeven tijdens de Europese top van ministers volgende week gezamenlijk met de Benelux-landen een “statement” tegen Hongarije te maken met betrekking de nieuwe wet.