Het Songfestival eindigde voor de Nederlandse delegatie dit jaar in mineur. Een “dreigende beweging” van Joost Klein zorgde er uiteindelijk voor dat Nederland niet mee mocht doen in de grote finale, ondanks dat Joost daar wel voor gekwalificeerd was. Wat er precies is gebeurd achter de schermen blijft onduidelijk. AVROTROS zegt er verder geen informatie over te kunnen verstrekken zolang het Zweedse politieonderzoek naar het incident loopt. Opnieuw herhaalt de omroep dat de straf volgens hen “disproportioneel” was.

Ook heeft de omroep net als de andere deelnemende landen de uitnodiging gehad om deel te nemen aan een onderzoek. Dat werd door songfestivalorganisator EBU geïnitieerd na talloze klachten over een onveilige werksfeer. Zo beklaagden verschillende fanmedia zich over het gedrag van Israëlische delegatieleden die ongewenst mensen achter de schermen filmden. Ook verschillende artiesten, waaronder de Ierse Bambie Thug en de Griekse Marina Satti, hebben zich uitgesproken over een onprettige sfeer. Tevens beklaagde winnaar Nemo zich over het verbod op de non-binaire Pridevlag door de organisatie.

Toch is AVROTROS niet blij met het onderzoek. De omroep had liever een “diepgravend en echt onafhankelijk onderzoek” naar de cultuur en de werkwijze van de organisatie gehad door een “erkend onderzoeksbureau”.

Totdat de resultaten van het huidige onderzoek bekend zijn en de AVROTROS het vertrouwen heeft dat er “structurele aanpassingen worden genomen om de artiesten en hun muzikale boodschap weer centraal te stellen” neemt de omroep nog geen beslissing over deelname aan toekomstige edities.