Dinsdag kreeg de 22-jarige Anderson Lee Aldrich in de rechtbank te horen dat het OM 305 aanklachten indient, onder meer moord, haatmisdrijf en verwonding. Op het moment van de schietpartij vond er een drag-feest plaats in de club.

Het Amerikaanse OM ziet de aanval als een haatmisdrijf tegen elk van de 48 aanwezigen in de club. Momenteel is er geen bewijs vrijgegeven voor de motieven van de schutter. Aanklager Michael Allen wil aan Amerikaanse media niet mededelen waarop de aanklacht voor haatmisdrijf is gebaseerd.  

Aldrich heeft in de rechtbankdocumenten aangegeven non-binair te zijn en de persoonlijke voornaamwoorden die en diens te gebruiken. Toch kan die nog steeds vervolgd worden voor een haatmisdrijf, benadrukt Allen. Een haatmisdrijf gaat volgens de aanklager immers over de slachtoffers en niet over de dader. 

Aldrich kwam al eerder in aanraking met de politie. Een jaar geleden werd die opgepakt omdat die plannen zou hebben om "de volgende massamoordenaar" te worden, meldt persbureau AP. 

Werk van God

Matthew Haynes, mede-eigenaar van Club Q, zegt tegen AP dat het indienen van de 305 aanklachten "grafisch illustreert hoe gruwelijk deze aanval op onze gemeenschap was."

Na de schietpartij werd hij bedolven onder negatieve brieven. Sommige brieven hadden de boodschap dat de schutter "het werk van God" had gedaan. 

"Die gevoelens worden nog steeds niet afgekeurd door extreemrechts, de leiders staan ​​niet unaniem op in dit land en zeggen: 'Hé, geen haat, dit gaat te ver'", aldus Haynes. “Hoeveel slachtoffers moeten er nog vallen?”